De Rechter Spreekt :
(Milieu)VZW’s hebben recht op schadevergoeding
Milieuverenigingen zoals vzw Vogelbescherming, Natuurpunt, en ook VALK, klagen milieudelicten vaak aan bij de rechtbank. De vereniging stelt zich dan burgerlijke partij. Een milieu-of natuurvereniging verdedigd een gezond leefmilieu en natuur. Als die aangetast wordt, lijdt ook de vereniging daaronder, want ze wordt gehinderd in het realiseren van haar doelstellingen.
Wanneer de rechtszaak werd gewonnen, kenden veel rechters slechts één euro morele schadevergoeding toe. Andere rechtbanken gingen wel in op de vraag voor schadevergoeding. Dat is werken met twee maten en gewichten, maar enkel het Grondwettelijk Hof kan over zulke zaken uitspraak doen. De vzw Vogelbescherming Vlaanderen vond een Gentse rechter bereid om aan het Grondwettelijk Hof daar een prejudiciële vraag over te stellen.
Deze rechter moest oordelen over een zaak met een illegale fazantenhouderij voor de jacht. De fazantenhouder werd veroordeeld, maar over de morele schadevergoeding wachtte de rechter de uitspraak van het Grondwettelijk Hof af. Vogelbescherming vroeg 1900 euro morele schadevergoeding.
Op 21 januari dit jaar volgde het arrest van dit Hof. Het gaf Vogelbescherming Vlaanderen volledig gelijk. Het is inderdaad discriminerend als een natuurvereniging geen volledige schadevergoeding kan krijgen.
‘Het arrest is ook goed nieuws voor andere verenigingen dan milieuverenigingen’ zegt Frank Meerschaut, woordvoerder van het Grondwettelijk Hof. ‘Want ook zij kunnen zich op dit arrest beroepen om een grotere schadevergoeding te krijgen dan de traditionele één euro’.
Jan Rodts van Vogelbescherming Vlaanderen: "De beslissing van het Grondwettelijk Hof van België zal een kentering teweegbrengen in de rechtspraak zodat wij als milieuorganisatie in de toekomst een correcte schadevergoeding bekomen die in redelijke verhouding staat tot de omvang en de ernst van de ecologische schade. Met dergelijke schadevergoedingen kan onze vereniging opnieuw investeren in acties en campagnes om vogels en andere wilde dieren beter en efficiënter te beschermen. En door het betalen van een schadevergoeding wordt de kans op recidivisme door de overtreder een pak kleiner" .
Deze uitspraak van het grondwettelijk Hof is uiterst belangrijk. Ook VALK zal daar zijn voordeel mee kunnen doen.
Wanneer de rechtszaak werd gewonnen, kenden veel rechters slechts één euro morele schadevergoeding toe. Andere rechtbanken gingen wel in op de vraag voor schadevergoeding. Dat is werken met twee maten en gewichten, maar enkel het Grondwettelijk Hof kan over zulke zaken uitspraak doen. De vzw Vogelbescherming Vlaanderen vond een Gentse rechter bereid om aan het Grondwettelijk Hof daar een prejudiciële vraag over te stellen.
Deze rechter moest oordelen over een zaak met een illegale fazantenhouderij voor de jacht. De fazantenhouder werd veroordeeld, maar over de morele schadevergoeding wachtte de rechter de uitspraak van het Grondwettelijk Hof af. Vogelbescherming vroeg 1900 euro morele schadevergoeding.
Op 21 januari dit jaar volgde het arrest van dit Hof. Het gaf Vogelbescherming Vlaanderen volledig gelijk. Het is inderdaad discriminerend als een natuurvereniging geen volledige schadevergoeding kan krijgen.
‘Het arrest is ook goed nieuws voor andere verenigingen dan milieuverenigingen’ zegt Frank Meerschaut, woordvoerder van het Grondwettelijk Hof. ‘Want ook zij kunnen zich op dit arrest beroepen om een grotere schadevergoeding te krijgen dan de traditionele één euro’.
Jan Rodts van Vogelbescherming Vlaanderen: "De beslissing van het Grondwettelijk Hof van België zal een kentering teweegbrengen in de rechtspraak zodat wij als milieuorganisatie in de toekomst een correcte schadevergoeding bekomen die in redelijke verhouding staat tot de omvang en de ernst van de ecologische schade. Met dergelijke schadevergoedingen kan onze vereniging opnieuw investeren in acties en campagnes om vogels en andere wilde dieren beter en efficiënter te beschermen. En door het betalen van een schadevergoeding wordt de kans op recidivisme door de overtreder een pak kleiner" .
Deze uitspraak van het grondwettelijk Hof is uiterst belangrijk. Ook VALK zal daar zijn voordeel mee kunnen doen.
Raad van State sluit achterpoort fazantenuitzetting
Artikel 29 van het Jachtdecreet uit 1991 stelt als regel een algemeen verbod in om wild uit te zetten. Dat vinden jagers niet leuk, en de Overheid fabriceerde de nodige achterpoortjes.
Op 11 maart 2002 vernietigde de Raad van State al eens de regeling inzake het uitzetten van fazanten op verzoek van Vogelbescherming Vlaanderen, maar onmiddellijk erna creëerde de toenmalige minister voor Leefmilieu het achterpoortje dat tot op vandaag nog steeds van kracht is. Leefmilieuminister Schauvlieghe behield de regeling in haar ‘Jachtvoorwaardenbesluit’van 25 april 2014.
Artikel 65 van dat besluit liet toe dat eieren van fazanten uit nesten kunnen worden gehaald als die bedreigd worden door landbouwwerkzaamheden. Die eieren mochten dan kunstmatig worden uitgebroed om de jongen in gevangenschap op te kweken en ze vervolgens in hetzelfde jaar weer uit te zetten in het jachtterrein als waar de eieren werden verzameld.
Deze achterpoort in de wetgeving werkte het massaal uitzetten van in gevangenschap gefokte fazanten in de hand.
Vogelbescherming Vlaanderen legde op 7 augustus 2014 de zaak voor aan de Raad Van State. In 2015 adviseerde de Auditeur van De Raad in zijn verslag om de bewuste artikels te vernietigen. Wat de Raad Van State ook deed in haar arrest van 11 februari 2016.
Artikel 29 van het Jachtdecreet uit 1991 stelt als regel een algemeen verbod in om wild uit te zetten. Volgens de Raad van State blijkt dat voorheen het uitzetten gebeurde voor de jacht maar dat dit nu dient te gebeuren "voor het behoud van de soort". Met "het behoud van de soort" in het kader van herpopulatie wordt bedoeld: het in stand houden of in stand blijven van de soort (teneinde die niet te verliezen). Hieruit volgt dat de woorden uit artikel 29 van het Jachtdecreet "met het oog op het behoud van wildsoorten" moeten worden geïnterpreteerd als dat het uitzetten van wild mogelijk is wanneer de "soort" als het ware met uitsterven is bedreigd. Volgens de Raad van State kan daar geen sprake van wanneer eieren die bedreigd zijn door landbouwwerkzaamheden worden weggehaald. Het vrijwaren van een nest voor landbouwwerkzaamheden is immers per definitie zeer plaatsgebonden. Weliswaar zal daardoor dat nest worden gevrijwaard, doch de tekst van de bestreden bepaling vereist niet uitdrukkelijk dat het behoud van de soort als zodanig in gevaar is. Om deze reden vernietigde de Raad van State artikel 65 van het Jachtvoorwaardenbesluit.
Het toezicht op het verbod tot fazanten uitzetten wordt nu een stuk gemakkelijker. Jagers die voorheen op fazantenuitzetten werden betrapt verschuilden zich steeds achter het vernietigde artikel 65.
Op 11 maart 2002 vernietigde de Raad van State al eens de regeling inzake het uitzetten van fazanten op verzoek van Vogelbescherming Vlaanderen, maar onmiddellijk erna creëerde de toenmalige minister voor Leefmilieu het achterpoortje dat tot op vandaag nog steeds van kracht is. Leefmilieuminister Schauvlieghe behield de regeling in haar ‘Jachtvoorwaardenbesluit’van 25 april 2014.
Artikel 65 van dat besluit liet toe dat eieren van fazanten uit nesten kunnen worden gehaald als die bedreigd worden door landbouwwerkzaamheden. Die eieren mochten dan kunstmatig worden uitgebroed om de jongen in gevangenschap op te kweken en ze vervolgens in hetzelfde jaar weer uit te zetten in het jachtterrein als waar de eieren werden verzameld.
Deze achterpoort in de wetgeving werkte het massaal uitzetten van in gevangenschap gefokte fazanten in de hand.
Vogelbescherming Vlaanderen legde op 7 augustus 2014 de zaak voor aan de Raad Van State. In 2015 adviseerde de Auditeur van De Raad in zijn verslag om de bewuste artikels te vernietigen. Wat de Raad Van State ook deed in haar arrest van 11 februari 2016.
Artikel 29 van het Jachtdecreet uit 1991 stelt als regel een algemeen verbod in om wild uit te zetten. Volgens de Raad van State blijkt dat voorheen het uitzetten gebeurde voor de jacht maar dat dit nu dient te gebeuren "voor het behoud van de soort". Met "het behoud van de soort" in het kader van herpopulatie wordt bedoeld: het in stand houden of in stand blijven van de soort (teneinde die niet te verliezen). Hieruit volgt dat de woorden uit artikel 29 van het Jachtdecreet "met het oog op het behoud van wildsoorten" moeten worden geïnterpreteerd als dat het uitzetten van wild mogelijk is wanneer de "soort" als het ware met uitsterven is bedreigd. Volgens de Raad van State kan daar geen sprake van wanneer eieren die bedreigd zijn door landbouwwerkzaamheden worden weggehaald. Het vrijwaren van een nest voor landbouwwerkzaamheden is immers per definitie zeer plaatsgebonden. Weliswaar zal daardoor dat nest worden gevrijwaard, doch de tekst van de bestreden bepaling vereist niet uitdrukkelijk dat het behoud van de soort als zodanig in gevaar is. Om deze reden vernietigde de Raad van State artikel 65 van het Jachtvoorwaardenbesluit.
Het toezicht op het verbod tot fazanten uitzetten wordt nu een stuk gemakkelijker. Jagers die voorheen op fazantenuitzetten werden betrapt verschuilden zich steeds achter het vernietigde artikel 65.
Het Europees Hof van Justitie veroordeelt de Europese Commissie
Hormoonverstorende stoffen zitten in plastics, ontsmettingsmiddelen, cosmetica, pesticiden, …. Ze zijn erg schadelijk voor onze gezondheid en slecht voor het milieu.
In de Europese Unie werden afspraken gemaakt om deze stoffen te verbieden. De Europese Commissie moest daarvoor tegen 2013 wetenschappelijke criteria opstellen voor het definiëren van de stoffen die als hormoonverstorend konden worden aangemerkt.
Lobbyisten in dienst van chemische bedrijven die de stoffen produceerden kregen vat op de Europese Commissie en haar toenmalig secretaris-generaal Catherine Day (dat werd aan de hand van emails, documenten en verslagen van vergaderingen overtuigend aangetoond door Corporate Europe Observatory, een NGO die de invloed van lobyisten op de besluitvorming van de EU aankaart).
De Commissie startte een vertragingsbeweging door aan te kondigen dat ze eerst een impactstudie wilde uitvoeren.
Daarop stapte Zweden naar het Europees Hof van Justitie. Alle Europese lidstaten en het Europees Parlement sloten zich bij de klacht aan.
Begin december 2015 kwam de zaak voor. Het Europees Hof veroordeelde de Europese Commissie, en dat mag best heel uitzonderlijk genoemd worden.
In de Europese Unie werden afspraken gemaakt om deze stoffen te verbieden. De Europese Commissie moest daarvoor tegen 2013 wetenschappelijke criteria opstellen voor het definiëren van de stoffen die als hormoonverstorend konden worden aangemerkt.
Lobbyisten in dienst van chemische bedrijven die de stoffen produceerden kregen vat op de Europese Commissie en haar toenmalig secretaris-generaal Catherine Day (dat werd aan de hand van emails, documenten en verslagen van vergaderingen overtuigend aangetoond door Corporate Europe Observatory, een NGO die de invloed van lobyisten op de besluitvorming van de EU aankaart).
De Commissie startte een vertragingsbeweging door aan te kondigen dat ze eerst een impactstudie wilde uitvoeren.
Daarop stapte Zweden naar het Europees Hof van Justitie. Alle Europese lidstaten en het Europees Parlement sloten zich bij de klacht aan.
Begin december 2015 kwam de zaak voor. Het Europees Hof veroordeelde de Europese Commissie, en dat mag best heel uitzonderlijk genoemd worden.
Zaakvoeder veroordeeld voor afgraven oeverzwaluwenkolonie
Op 3 november 2015 veroordeelde de rechtbank van eerste aanleg te Turnhout een zaakvoerder tot een boete van 15.000 euro. De man had opdracht gegeven een in een zandberg gevestigde kolonie van oeverzwaluwen af te graven. Oeverzwaluwen, onze zeldzaamste zwaluwen ,graven gangen in zandwanden, waarin ze hun jongen grootbrengen. Oeverzwaluwen zijn beschermde vogels, als het perceel of de zandberg waarin ze nestelen weg moet voor bouwwerken, dan moet je een paar maanden wachten tot alle jongen zijn uitgevlogen.
De zaakvoerder, die goed wist dat op het bewuste perceel in Grobbendonk oeverzwaluwen broedden, kon niet zo lang wachten en liet de zandberg, inclusief jonge oeverzwaluwen, afvoeren. |