Dank zij het milieuvorderingsrecht van 1993 kunnen milieu- en natuurverenigingen onvergunde werken die schade aan milieu of natuur toebrengen, laten stilleggen door de rechter. De vereniging moet een erkende VZW zijn die actief is op milieuvlak.
VALK is een milieuvereniging die aan alle vereisten voldoet en al met succes van het milieuvorderingsrecht gebruik maakte.
VALK is een milieuvereniging die aan alle vereisten voldoet en al met succes van het milieuvorderingsrecht gebruik maakte.
De wetgeving
Vorderingsrecht inzake bescherming van het leefmilieu
12 JANUARI 1993. - Wet betreffende een vorderingsrecht inzake bescherming van het leefmilieu.
Publicatie in het Belgisch Staatsblad: 19-02-1993
Inwerkingtreding : 01-03-1993
Artikel 1. Onverminderd de bevoegdheid van andere rechtscolleges op basis van andere wetsbepalingen, stelt de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg, op verzoek van de procureur des Konings, van een administratieve overheid of van een rechtspersoon zoals omschreven in artikel 2, het bestaan vast van een zelfs onder het strafrecht vallende handeling, die een kennelijke inbreuk is of een ernstige dreiging vormt voor een inbreuk op één of meer bepalingen van wetten, decreten, ordonnanties, verordeningen of besluiten betreffende de bescherming van het leefmilieu. Hij kan de staking bevelen van handelingen waarvan de uitvoering reeds is begonnen of maatregelen opleggen ter preventie van de uitvoering ervan of ter voorkoming van schade aan het leefmilieu. Voor elk debat over de grond van de zaak moet een verzoeningspoging plaatshebben. De voorzitter kan aan de overtreder een termijn toestaan om aan de opgelegde maatregelen te voldoen.
Art. 2. De rechtspersoon bedoeld in artikel 1 moet een vereniging zonder winstoogmerk zijn, die onderworpen is aan de wet van 27 juni 1921 waarbij aan de verenigingen zonder winstgevend doel en aan de instellingen van openbaar nut rechtspersoonlijkheid wordt verleend. Hij moet alle voorschriften van die wet nageleefd hebben, de bescherming van het leefmilieu tot doel hebben en in zijn statuten het grondgebied omschreven hebben tot waar zijn bedrijvigheid zich uitstrekt. De rechtspersoon moet, op de dag waarop hij de vordering tot staking instelt, sedert te minste drie jaar rechtspersoonlijkheid bezitten. Hij moet door overlegging van zijn activiteitenverslagen of van enig ander stuk, bewijzen dat er een werkelijke bedrijvigheid is die overeenstemt met zijn statutair doel en dat die bedrijvigheid betrekking heeft op het collectief milieubelang dat hij beoogt te beschermen.
Art. 3. De vordering wordt ingesteld en behandeld zoals in kort geding overeenkomstig de artikelen 1035 tot 1038, 1040 en 1041 van het Gerechtelijk Wetboek. Zij kan eveneens ingesteld worden bij verzoekschrift. Dit wordt in vier exemplaren neergelegd op de griffie van de rechtbank van eerste aanleg of aan deze griffie verzonden bij een ter post aangetekende brief. De griffier van de rechtbank verwittigt onverwijld de tegenpartij bij gerechtsbrief en nodigt haar uit te verschijnen ten vroegste drie dagen en ten laatste acht dagen na het verzenden van de gerechtsbrief, waarbij een exemplaar van het inleidend verzoekschrift is gevoegd. Op straffe van nietigheid vermeldt het verzoekschrift :
1. de dag, de maand en het jaar;
2. de benaming en de zetel van de vereniging;
3. de naam en het adres van de rechtspersoon of van de natuurlijke prsoon tegen wie de vordering wordt ingesteld;
4. het onderwerp en de uiteenzetting van de middelen van de vordering;
5. de handtekening van de verzoeker of van zijn advocaat.
Over de vordering wordt uitspraak gedaan niettegenstaande enige strafvervolging uitgeoefend wegens dezelfde feiten.
De uitspraak over de strafvordering die betrekking heeft op feiten waartegen een vordering tot staking is ingesteld, wordt uitgesteld totdat inzake de vordering tot staking een beslissing is gewezen die in kracht van gewijsde is gegaan. Tijdens het uitstel wordt de verjaring van de strafvordering geschorst. Er kan ook uitspraak worden gedaan over een tegenvordering wegens tergend en roekeloos geding.
Art. 4. Het vonnis over de vordering tot staking is uitvoerbaar bij voorraad niettegenstaande voorziening en zonder borgstelling. Het vonnis is vatbaar voor hoger beroep.
Art. 5. <wijzigingsbepaling van artikel 587, eerste lid, 4°, van het Gerechtelijk Wetboek : 1967-10-10/03>
COMMENTAAR EN TOELICHTING
Door deze wet kunnen milieuverenigingen die voldoen aan bepaalde voorwaarden de stopzetting vorderen van daden:
- die een kennelijke inbreuk zijn op de milieuwetgeving
- of die een ernstige dreiging vormen voor deze inbreuk.
Wie kan de vordering instellen : De voorwaarden waaraan de milieuverenigingen hiertoe dienen te voldoen zijn:
Door wie kan deze vordering nog worden ingesteld:
Toelichting mbt de actio popularis
Ingevolge art. 271§1 van de nieuwe gemeentewet kan één of meer inwoners van een gemeente in rechte optreden namens de gemeente wanneer het college van burgemeester en schepenen in gebreke blijft. Derhalve kan elke inwoner van een gemeente door samenlezing van de gemeentewet met de wet van 12/01/93 een stakingsvordering instellen wanneer de gemeente in gebreke blijft. Zie Cass. 14/02/2002 RW 2001-02, 1503.
Overzicht rechspraak zie Jo Van Lommel op. cit. p.22.
Voorwaarden van art. 271§1 van de nieuwe gemeentewet teneinde de vordering te kunnen instellen:
Maatregelen die de Voorzitter kan nemen :
Meer achtergrondinformatie over de gebrekkige milieuhandhaving in Vlaanderen vind je hier
12 JANUARI 1993. - Wet betreffende een vorderingsrecht inzake bescherming van het leefmilieu.
Publicatie in het Belgisch Staatsblad: 19-02-1993
Inwerkingtreding : 01-03-1993
Artikel 1. Onverminderd de bevoegdheid van andere rechtscolleges op basis van andere wetsbepalingen, stelt de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg, op verzoek van de procureur des Konings, van een administratieve overheid of van een rechtspersoon zoals omschreven in artikel 2, het bestaan vast van een zelfs onder het strafrecht vallende handeling, die een kennelijke inbreuk is of een ernstige dreiging vormt voor een inbreuk op één of meer bepalingen van wetten, decreten, ordonnanties, verordeningen of besluiten betreffende de bescherming van het leefmilieu. Hij kan de staking bevelen van handelingen waarvan de uitvoering reeds is begonnen of maatregelen opleggen ter preventie van de uitvoering ervan of ter voorkoming van schade aan het leefmilieu. Voor elk debat over de grond van de zaak moet een verzoeningspoging plaatshebben. De voorzitter kan aan de overtreder een termijn toestaan om aan de opgelegde maatregelen te voldoen.
Art. 2. De rechtspersoon bedoeld in artikel 1 moet een vereniging zonder winstoogmerk zijn, die onderworpen is aan de wet van 27 juni 1921 waarbij aan de verenigingen zonder winstgevend doel en aan de instellingen van openbaar nut rechtspersoonlijkheid wordt verleend. Hij moet alle voorschriften van die wet nageleefd hebben, de bescherming van het leefmilieu tot doel hebben en in zijn statuten het grondgebied omschreven hebben tot waar zijn bedrijvigheid zich uitstrekt. De rechtspersoon moet, op de dag waarop hij de vordering tot staking instelt, sedert te minste drie jaar rechtspersoonlijkheid bezitten. Hij moet door overlegging van zijn activiteitenverslagen of van enig ander stuk, bewijzen dat er een werkelijke bedrijvigheid is die overeenstemt met zijn statutair doel en dat die bedrijvigheid betrekking heeft op het collectief milieubelang dat hij beoogt te beschermen.
Art. 3. De vordering wordt ingesteld en behandeld zoals in kort geding overeenkomstig de artikelen 1035 tot 1038, 1040 en 1041 van het Gerechtelijk Wetboek. Zij kan eveneens ingesteld worden bij verzoekschrift. Dit wordt in vier exemplaren neergelegd op de griffie van de rechtbank van eerste aanleg of aan deze griffie verzonden bij een ter post aangetekende brief. De griffier van de rechtbank verwittigt onverwijld de tegenpartij bij gerechtsbrief en nodigt haar uit te verschijnen ten vroegste drie dagen en ten laatste acht dagen na het verzenden van de gerechtsbrief, waarbij een exemplaar van het inleidend verzoekschrift is gevoegd. Op straffe van nietigheid vermeldt het verzoekschrift :
1. de dag, de maand en het jaar;
2. de benaming en de zetel van de vereniging;
3. de naam en het adres van de rechtspersoon of van de natuurlijke prsoon tegen wie de vordering wordt ingesteld;
4. het onderwerp en de uiteenzetting van de middelen van de vordering;
5. de handtekening van de verzoeker of van zijn advocaat.
Over de vordering wordt uitspraak gedaan niettegenstaande enige strafvervolging uitgeoefend wegens dezelfde feiten.
De uitspraak over de strafvordering die betrekking heeft op feiten waartegen een vordering tot staking is ingesteld, wordt uitgesteld totdat inzake de vordering tot staking een beslissing is gewezen die in kracht van gewijsde is gegaan. Tijdens het uitstel wordt de verjaring van de strafvordering geschorst. Er kan ook uitspraak worden gedaan over een tegenvordering wegens tergend en roekeloos geding.
Art. 4. Het vonnis over de vordering tot staking is uitvoerbaar bij voorraad niettegenstaande voorziening en zonder borgstelling. Het vonnis is vatbaar voor hoger beroep.
Art. 5. <wijzigingsbepaling van artikel 587, eerste lid, 4°, van het Gerechtelijk Wetboek : 1967-10-10/03>
COMMENTAAR EN TOELICHTING
Door deze wet kunnen milieuverenigingen die voldoen aan bepaalde voorwaarden de stopzetting vorderen van daden:
- die een kennelijke inbreuk zijn op de milieuwetgeving
- of die een ernstige dreiging vormen voor deze inbreuk.
Wie kan de vordering instellen : De voorwaarden waaraan de milieuverenigingen hiertoe dienen te voldoen zijn:
- Alle voorschriften van de VZW Wet naleven
- De vereniging moet de bescherming van het leefmilieu tot doel hebben
- In haar statuten moet de vereniging het grondgebied omschreven hebben tot waar haar bedrijvigheid zich uitstrekt
- De vereniging moet sedert ten min_ste drie jaar rechtspersoonlijkheid bezitten
- De vereniging moet kunnen bewijzen dat er een werkelijke bedrijvigheid is die overeenstemt met haar statutair doel
Door wie kan deze vordering nog worden ingesteld:
- door de de Procureur des Konings;
- door de Administratieve overheden die bevoegd zijn inzake leefmilieu (dus ook de gemeenten).
- door de burger via een getrapte actio popularis
Toelichting mbt de actio popularis
Ingevolge art. 271§1 van de nieuwe gemeentewet kan één of meer inwoners van een gemeente in rechte optreden namens de gemeente wanneer het college van burgemeester en schepenen in gebreke blijft. Derhalve kan elke inwoner van een gemeente door samenlezing van de gemeentewet met de wet van 12/01/93 een stakingsvordering instellen wanneer de gemeente in gebreke blijft. Zie Cass. 14/02/2002 RW 2001-02, 1503.
Overzicht rechspraak zie Jo Van Lommel op. cit. p.22.
Voorwaarden van art. 271§1 van de nieuwe gemeentewet teneinde de vordering te kunnen instellen:
- inwoner zijn van de gemeente
- zekerheidstelling om persoonlijk de kosten van het geding te dragen
- instaan voor eventuele veroordelingen
Maatregelen die de Voorzitter kan nemen :
- de staking bevelen van een reeds begonnen handelingen
- maatregelen opleggen ter preventie van de uitvoering van de handeling of ter voorkoming van schade aan het leefmilieu
- een termijn toestaan de opgelegde maatregelen na te komen
- een dwangsom opleggen
Meer achtergrondinformatie over de gebrekkige milieuhandhaving in Vlaanderen vind je hier