De Rechter Spreekt : Nederland moet meer doen aan klimaatopwarming
Vierentwintig juni 2015 was een mijlpaal in milieurechtsspraak. Die dag veroordeelden drie Nederlandse rechters de Nederlandse overheid omdat deze te weinig doet om haar aandeel in de klimaatopwarming te verminderen.
Urgenda
De Nederlandse stichting Urgenda is een burgerplatform voor duurzaamheid en innovatie. De stichting heeft tot doel Nederland sneller duurzamer maken. Urgenda daagde in 2013 de Nederlandse overheid voor de rechter omdat ze onvoldoende maatregelen nam om de klimaatopwarming af te remmen.
Een team advocaten zetten zich op de zaak, een 900 mede-eisers steunden de campagne.
De uitspraak
Op 24 juni 2015 gaf de rechtbank van Den Haag de eisers gelijk en veroordeelde de Nederlandse overheid tot het nemen van meer maatregelen.
De rechtbank stelt dat de overheid de rechtsplicht heeft haar burgers te beschermen. Daarom kan de rechtbank de Staat maatregelen opleggen die daarvoor nodig zijn.
Om de effecten van de klimaatopwarming controleerbaar te houden, mag de opwarming niet meer dan 2 graden bedragen. Volgens wetenschappers is daarvoor in geïndustrialiseerde landen tegen 2020 een reductie van CO2 van 25 tot 40 procent nodig in vergelijking met 1990. Indien dat niet lukt, zal het klimaat met 4 tot 6 graden opwarmen, met rampzalige gevolgen voor onze planeet.
Met de huidige maatregelen haalt Nederland slechts een CO-2-reductie van 16%. Buurlanden zoals Duitsland en Denemarken halen nu al een CO2-reductie van 40%.
De rechtbank haalde ook aan dat een klimaatreductie van 25% CO2 betaalbaar is.
De rechtbank argumenteert dat de Staat een zorgplicht heeft voor de bescherming en verbetering van het leefmilieu. De effectieve controle op het Nederlandse emissieniveau is een taak van de Staat. Daarnaast zijn de kosten van de door de rechtbank bevolen maatregelen niet onaanvaardbaar hoog. De rechtbank moet rechtsbescherming bieden, ook in zaken tegen de overheid.
De rechtbank erkent dat Nederland niet in haar eentje de klimaatopwarming kan oplossen, maar wel haar deel moet doen.
Tegelijkertijd moet de rechtbank de vrije beleidsruimte van de overheid respecteren. Daarom past zij terughoudendheid. Om die reden werd de door de rechtbank bevolen CO2-reductie beperkt tot 25%, de ondergrens van de norm van 25% tot 40%.
Doorbraak
De uitspraak is een doorbraak in Milieurecht. ‘De uitspraak maakt duidelijk dat klimaatverandering een groot probleem is dat veel effectiever moet worden aangepakt en dat staten zich niet meer kunnen veroorloven onvoldoende te doen. Ze dienen hun burgers te beschermen. Als de politiek dat niet uit zichzelf doet, dan kan de rechter de burger te hulp schieten’ zegt Urgenda-directeur Marjan Minnesma.
Deze rechtspraak werd met grote belangstelling gevolgd, en werd door de rechtbank dan ook gepubliceerd in het Nederlands en het Engels.
Ook in België heeft een burgerplatform een rechtszaak tegen de overheid gestart voor onvoldoende klimaatmaatregelen, en Noorwegen heeft een rechtszaak in voorbereiding.
Deze rechtszaken worden gesteund door de Oslo-Principles, waarin staat dat staten de juridische plicht hebben om gevaarlijke klimaatverandering te voorkomen.
Meer info: De rechtbankuitspraak vind je op www.rechtspraak.nl of www.urgenda.nl
Uit het vonnis:
De rechtbank beveelt de Staat om, op de vordering van Urgenda, voor zover optredend voor zichzelf, het gezamenlijke volume van de jaarlijkse Nederlandse emissies van broeikasgassen zodanig te beperken of te doen beperken dat dit volume aan het einde van het jaar 2020 met ten minste 25% zal zijn verminderd in vergelijking met het niveau van het jaar 1990; veroordeelt de Staat in de kosten van deze procedure aan de zijde van Urgenda (optredend voor zichzelf) en begroot deze kosten op € 13.521,82, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover, vanaf veertien dagen na dit vonnis;
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad; Dit vonnis is gewezen door mr. H.F.M. Hofhuis, mr. J.W. Bockwinkel en mr. I. Brand en in het openbaar uitgesproken op 24 juni 2015
Urgenda
De Nederlandse stichting Urgenda is een burgerplatform voor duurzaamheid en innovatie. De stichting heeft tot doel Nederland sneller duurzamer maken. Urgenda daagde in 2013 de Nederlandse overheid voor de rechter omdat ze onvoldoende maatregelen nam om de klimaatopwarming af te remmen.
Een team advocaten zetten zich op de zaak, een 900 mede-eisers steunden de campagne.
De uitspraak
Op 24 juni 2015 gaf de rechtbank van Den Haag de eisers gelijk en veroordeelde de Nederlandse overheid tot het nemen van meer maatregelen.
De rechtbank stelt dat de overheid de rechtsplicht heeft haar burgers te beschermen. Daarom kan de rechtbank de Staat maatregelen opleggen die daarvoor nodig zijn.
Om de effecten van de klimaatopwarming controleerbaar te houden, mag de opwarming niet meer dan 2 graden bedragen. Volgens wetenschappers is daarvoor in geïndustrialiseerde landen tegen 2020 een reductie van CO2 van 25 tot 40 procent nodig in vergelijking met 1990. Indien dat niet lukt, zal het klimaat met 4 tot 6 graden opwarmen, met rampzalige gevolgen voor onze planeet.
Met de huidige maatregelen haalt Nederland slechts een CO-2-reductie van 16%. Buurlanden zoals Duitsland en Denemarken halen nu al een CO2-reductie van 40%.
De rechtbank haalde ook aan dat een klimaatreductie van 25% CO2 betaalbaar is.
De rechtbank argumenteert dat de Staat een zorgplicht heeft voor de bescherming en verbetering van het leefmilieu. De effectieve controle op het Nederlandse emissieniveau is een taak van de Staat. Daarnaast zijn de kosten van de door de rechtbank bevolen maatregelen niet onaanvaardbaar hoog. De rechtbank moet rechtsbescherming bieden, ook in zaken tegen de overheid.
De rechtbank erkent dat Nederland niet in haar eentje de klimaatopwarming kan oplossen, maar wel haar deel moet doen.
Tegelijkertijd moet de rechtbank de vrije beleidsruimte van de overheid respecteren. Daarom past zij terughoudendheid. Om die reden werd de door de rechtbank bevolen CO2-reductie beperkt tot 25%, de ondergrens van de norm van 25% tot 40%.
Doorbraak
De uitspraak is een doorbraak in Milieurecht. ‘De uitspraak maakt duidelijk dat klimaatverandering een groot probleem is dat veel effectiever moet worden aangepakt en dat staten zich niet meer kunnen veroorloven onvoldoende te doen. Ze dienen hun burgers te beschermen. Als de politiek dat niet uit zichzelf doet, dan kan de rechter de burger te hulp schieten’ zegt Urgenda-directeur Marjan Minnesma.
Deze rechtspraak werd met grote belangstelling gevolgd, en werd door de rechtbank dan ook gepubliceerd in het Nederlands en het Engels.
Ook in België heeft een burgerplatform een rechtszaak tegen de overheid gestart voor onvoldoende klimaatmaatregelen, en Noorwegen heeft een rechtszaak in voorbereiding.
Deze rechtszaken worden gesteund door de Oslo-Principles, waarin staat dat staten de juridische plicht hebben om gevaarlijke klimaatverandering te voorkomen.
Meer info: De rechtbankuitspraak vind je op www.rechtspraak.nl of www.urgenda.nl
Uit het vonnis:
De rechtbank beveelt de Staat om, op de vordering van Urgenda, voor zover optredend voor zichzelf, het gezamenlijke volume van de jaarlijkse Nederlandse emissies van broeikasgassen zodanig te beperken of te doen beperken dat dit volume aan het einde van het jaar 2020 met ten minste 25% zal zijn verminderd in vergelijking met het niveau van het jaar 1990; veroordeelt de Staat in de kosten van deze procedure aan de zijde van Urgenda (optredend voor zichzelf) en begroot deze kosten op € 13.521,82, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover, vanaf veertien dagen na dit vonnis;
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad; Dit vonnis is gewezen door mr. H.F.M. Hofhuis, mr. J.W. Bockwinkel en mr. I. Brand en in het openbaar uitgesproken op 24 juni 2015