Woord vooraf: Laten we het regelen!
Laten we het regelen 1
Het is weer geregeld. Transportbedrijf Essers mag 11 ha door Europa beschermde natuur omzetten in bedrijventerrein. Niet zeuren, het bedrijf zal ergens anders wel nieuwe natuur construeren.
Zo denken beleidsmakers en bedrijfsleiders. Zoals je een bedrijf, een appartementsblok of een fabriek wel op één of twee jaar kan bouwen, moet dat ook met natuur kunnen.
Je koopt ergens een goedkoop stuk land, zet er wat boompjes, en hop, alles is geregeld. Het doet wat denken aan de eikels van de strip-Galliër Asterix. Hij doopte die in de toverdrank van druïde Panoramix en plantte de eikels in de grond. In een wip waren ze, dank zij de toverdrank, helemaal volgroeid. Het stokoude gloednieuwe eikenbos speelde de oprukkende Romeinen duchtig parten in het stripverhaal.
Helaas, we hebben geen druïde Panoramix, de metersdikke eikenbossen zijn al lang verdwenen en ook het panorama is om zeep. De natuur die ons rest, staat nog altijd vreselijk in de weg voor de erfgenamen van de Romeinen. Die inmiddels zwaarden en schilden wisselden voor betonmolens, vrachtwagens, kranen en motorzagen.
Zelfs de beste Vlaamse en Europese natuurbeschermingswetgeving is niet voldoende om de bulldozer weg te houden. Want met leefmilieuminister Schauvlieghe valt er wel één en ander te regelen.
Regelen? Een Nederlands woord dat in de Vlaamse context een heel andere betekenis heeft gekregen. Het zal wel toevallig zijn, maar in mijn oude Dikke Van Dale volgt na ’regeerder’ het woord ‘regel’ en dan ‘regelaar’.
Guy Tegenbos, opiniemaker, schreef in De Standaard van 13 januari 2016 een opvallende analyse van het geregel in ons land:
“België, zijn deelstaten en veel van zijn inwoners, geven een verkeerde betekenis aan het begrip ‘regelen’. De normale betekenis daarvan is: regels instellen en erop toezien dat ze rechtlijnig nageleefd worden.
In het ‘Belgisch’ betekent regelen het tegenovergestelde: fiksen, arrangeren, de regels laten voor wat ze zijn en anders handelen, de regels ontwijken, ontduiken of verkrachten. Regels zijn nog niet op papier gezet of er wordt al een lange lijst van uitzonderingen opgesteld.
Die foute bestuurscultuur leidt tot een onoverzichtelijke brij van regels waarin niemand nog zijn weg vindt. Dat is vaak ook niet nodig, want ze worden toch niet toegepast, omdat ze doorkruist worden door een oneindig aantal uitzonderingen. Even weinig is er controle op de naleving van de regels.
We moeten afstappen van de ‘fiks’cultuur en rechtlijnige, correcte en betrouwbare overheden worden, die alleen nog eenvoudige regels maken met zo weinig mogelijk uitzonderingen. Dat laatste zou ontzettende besparingen kunnen opleveren. Dan zijn er ook geen kabinetten meer nodig en geen politieke benoemingen. De farma-industrie zou dringend een ontwenningsmiddel moeten vinden tegen de ‘fiks’verslaving waaraan onze leiders lijden.
Terloops: die leiders van ons zijn wel wat gewend. Ook rechtbanken fluiten hen geregeld terug. De Raad Van State doet het vaak over grote investeringsbeslissingen. Soms zijn onze onvoorspelbare politici daar zelfs blij mee. Twee van de drie Vlaamse regeringspartijen hopen al enige tijd dat de Raad Van State het uplace-dossier afschiet, dan moeten zij het niet doen”.
Dit opiniestuk van Guy Tegenbosch werd geschreven naar aanleiding van de Excess profit rulings. Europa verplicht België om die niet-geïnde belastingbedragen van de vrijgestelde bedrijven terug te vorderen. Maar zijn artikel is ook perfect toepasbaar op het Belgische natuur en ruimtelijke-ordeningsbeleid (en vele andere).
Je koopt ergens een goedkoop stuk land, zet er wat boompjes, en hop, alles is geregeld. Het doet wat denken aan de eikels van de strip-Galliër Asterix. Hij doopte die in de toverdrank van druïde Panoramix en plantte de eikels in de grond. In een wip waren ze, dank zij de toverdrank, helemaal volgroeid. Het stokoude gloednieuwe eikenbos speelde de oprukkende Romeinen duchtig parten in het stripverhaal.
Helaas, we hebben geen druïde Panoramix, de metersdikke eikenbossen zijn al lang verdwenen en ook het panorama is om zeep. De natuur die ons rest, staat nog altijd vreselijk in de weg voor de erfgenamen van de Romeinen. Die inmiddels zwaarden en schilden wisselden voor betonmolens, vrachtwagens, kranen en motorzagen.
Zelfs de beste Vlaamse en Europese natuurbeschermingswetgeving is niet voldoende om de bulldozer weg te houden. Want met leefmilieuminister Schauvlieghe valt er wel één en ander te regelen.
Regelen? Een Nederlands woord dat in de Vlaamse context een heel andere betekenis heeft gekregen. Het zal wel toevallig zijn, maar in mijn oude Dikke Van Dale volgt na ’regeerder’ het woord ‘regel’ en dan ‘regelaar’.
Guy Tegenbos, opiniemaker, schreef in De Standaard van 13 januari 2016 een opvallende analyse van het geregel in ons land:
“België, zijn deelstaten en veel van zijn inwoners, geven een verkeerde betekenis aan het begrip ‘regelen’. De normale betekenis daarvan is: regels instellen en erop toezien dat ze rechtlijnig nageleefd worden.
In het ‘Belgisch’ betekent regelen het tegenovergestelde: fiksen, arrangeren, de regels laten voor wat ze zijn en anders handelen, de regels ontwijken, ontduiken of verkrachten. Regels zijn nog niet op papier gezet of er wordt al een lange lijst van uitzonderingen opgesteld.
Die foute bestuurscultuur leidt tot een onoverzichtelijke brij van regels waarin niemand nog zijn weg vindt. Dat is vaak ook niet nodig, want ze worden toch niet toegepast, omdat ze doorkruist worden door een oneindig aantal uitzonderingen. Even weinig is er controle op de naleving van de regels.
We moeten afstappen van de ‘fiks’cultuur en rechtlijnige, correcte en betrouwbare overheden worden, die alleen nog eenvoudige regels maken met zo weinig mogelijk uitzonderingen. Dat laatste zou ontzettende besparingen kunnen opleveren. Dan zijn er ook geen kabinetten meer nodig en geen politieke benoemingen. De farma-industrie zou dringend een ontwenningsmiddel moeten vinden tegen de ‘fiks’verslaving waaraan onze leiders lijden.
Terloops: die leiders van ons zijn wel wat gewend. Ook rechtbanken fluiten hen geregeld terug. De Raad Van State doet het vaak over grote investeringsbeslissingen. Soms zijn onze onvoorspelbare politici daar zelfs blij mee. Twee van de drie Vlaamse regeringspartijen hopen al enige tijd dat de Raad Van State het uplace-dossier afschiet, dan moeten zij het niet doen”.
Dit opiniestuk van Guy Tegenbosch werd geschreven naar aanleiding van de Excess profit rulings. Europa verplicht België om die niet-geïnde belastingbedragen van de vrijgestelde bedrijven terug te vorderen. Maar zijn artikel is ook perfect toepasbaar op het Belgische natuur en ruimtelijke-ordeningsbeleid (en vele andere).
Laten we het regelen 2
De ministeriële kabinetten zijn het kloppende hart van de Belgische regelarij.
In de meeste Europese landen tellen de kabinetten slechts een handvol medewerkers. Belgische ministers hebben kabinetten met 30 tot 50 medewerkers. Hier treden de kabinetsmedewerkers zelfs in plaats van de administratie. Dat heeft zijn reden. Een administratie voert het beleid en de regelgeving uit. Op de kabinetten wordt geregeld wat de minister of de partij wil, en dat is iets heel anders.
Alles bij elkaar hebben de Belgische ministers meer dan 1000 mensen rechtstreeks in dienst, van wie het merendeel ‘beleidsadviseurs’ zijn. Ze opereren doorgaans ‘in de schaduw’. ‘Wie het tot cabinetard schopt, komt terecht tussen het kruim van de academische, de economische en politieke wereld’ schrijft Ann De Boeck in De Morgen van 17 april 2015. Ze vervolgt ‘Cabinetards worden, in tegenstelling tot ambtenaren en politici, weinig tot niet gecontroleerd’. ‘Cabinetards zijn een black hole in onze democratie’ zegt Laurent Hanseeuw, docent economie aan de ULB en lid van de Vrijdaggroep.
De Vrijdaggroep is een denktank van een twintigtal jonge en geëngageerde denkers uit de meest uiteenlopende maatschappelijke sectoren. De groep wordt ondersteund door de Koning boudewijnstichting. Ze lanceerde in 2015 een oproep voor een deontologische code voor ministeriële medewerkers . Ze willen dat daarin een mandatenlijst van alle cabinetards en een openbaar logboek waarin de contacten van kabinetsmedewerkers met lobbyisten worden opgenomen.
In 2008 schreef ex-kabinetschef Rudy Aernoudt het boek ‘Wedervaren van een cabinetard’, een genante blik in de kabinetscultuur. Aernoudt was kabinetschef bij Fientje Moerman maar werd ontslagen toen hij in een interview met Le Soir klaagde over politieke benoemingen en dubieuze openbare aanbestedingen van de Vlaamse overheid.
Als reactie diende Aernouts een klacht in tegen Moerman, o.a. over het feit dat een bevriende Gentse politicus jarenlang lucratieve consultancyopdrachten uitvoerde op het kabinet. Nog dezelfde avond moest minister Moerman opstappen.
De Vrijdaggroep wil het misbruik op de kabinetten aanpakken. ‘Dit gaat over een systeemfout in het Belgische bestel’ zegt Hanseeuw. ‘We leven in een land met een vrij fragiele parlementaire democratie. Een particratie waarin politieke partijen en de uitvoerende macht veel meer gezag hebben dan het parlement. Veel wetsvoorstellen komen van de ministers zelf. In het licht daarvan is het vreemd dat er voor politici en ambtenaren al regels bestaan, maar voor de kabinetten niet’.
In de meeste Europese landen tellen de kabinetten slechts een handvol medewerkers. Belgische ministers hebben kabinetten met 30 tot 50 medewerkers. Hier treden de kabinetsmedewerkers zelfs in plaats van de administratie. Dat heeft zijn reden. Een administratie voert het beleid en de regelgeving uit. Op de kabinetten wordt geregeld wat de minister of de partij wil, en dat is iets heel anders.
Alles bij elkaar hebben de Belgische ministers meer dan 1000 mensen rechtstreeks in dienst, van wie het merendeel ‘beleidsadviseurs’ zijn. Ze opereren doorgaans ‘in de schaduw’. ‘Wie het tot cabinetard schopt, komt terecht tussen het kruim van de academische, de economische en politieke wereld’ schrijft Ann De Boeck in De Morgen van 17 april 2015. Ze vervolgt ‘Cabinetards worden, in tegenstelling tot ambtenaren en politici, weinig tot niet gecontroleerd’. ‘Cabinetards zijn een black hole in onze democratie’ zegt Laurent Hanseeuw, docent economie aan de ULB en lid van de Vrijdaggroep.
De Vrijdaggroep is een denktank van een twintigtal jonge en geëngageerde denkers uit de meest uiteenlopende maatschappelijke sectoren. De groep wordt ondersteund door de Koning boudewijnstichting. Ze lanceerde in 2015 een oproep voor een deontologische code voor ministeriële medewerkers . Ze willen dat daarin een mandatenlijst van alle cabinetards en een openbaar logboek waarin de contacten van kabinetsmedewerkers met lobbyisten worden opgenomen.
In 2008 schreef ex-kabinetschef Rudy Aernoudt het boek ‘Wedervaren van een cabinetard’, een genante blik in de kabinetscultuur. Aernoudt was kabinetschef bij Fientje Moerman maar werd ontslagen toen hij in een interview met Le Soir klaagde over politieke benoemingen en dubieuze openbare aanbestedingen van de Vlaamse overheid.
Als reactie diende Aernouts een klacht in tegen Moerman, o.a. over het feit dat een bevriende Gentse politicus jarenlang lucratieve consultancyopdrachten uitvoerde op het kabinet. Nog dezelfde avond moest minister Moerman opstappen.
De Vrijdaggroep wil het misbruik op de kabinetten aanpakken. ‘Dit gaat over een systeemfout in het Belgische bestel’ zegt Hanseeuw. ‘We leven in een land met een vrij fragiele parlementaire democratie. Een particratie waarin politieke partijen en de uitvoerende macht veel meer gezag hebben dan het parlement. Veel wetsvoorstellen komen van de ministers zelf. In het licht daarvan is het vreemd dat er voor politici en ambtenaren al regels bestaan, maar voor de kabinetten niet’.
Laten we het regelen 3
“Bouwaanvragen arrangeren helemaal terug. Autonomie gemeenten leidt tot politiek dienstbetoon” : Dit is de kop van een artikel uit De Morgen van 4 mei 2015.
In het verleden leverde de provinciale diensten Ruimtelijke ordening van de Vlaamse overheid de bouwvergunningen. Gemeenten die aan een aantal voorwaarden voldoen (o.a. een stedenbouwkundig ambtenaar in dienst hebben, een planregister bezitten, ….) werden ontvoogd en zelf bouwvergunningen uitreiken. Al 217 van de 308 gemeentes zijn inmiddels ontvoogd.
Dat heeft ook zijn nadelen. De meeste gemeenten houden geen controle op bouwovertredingen. En wat erger is, veel gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaren staan onder druk om een bouwaanvraag of regularisatie goed te keuren.
‘In bepaalde gemeenten hebben ze ieder jaar een nieuwe ambtenaar in dienst’ zegt Johan Ackaert van de Universiteit Hasselt. ‘Ze vertrekken gefrustreerd omdat ze in botsing komen met de lokale mandataris. Het is een typisch voorbeeld van het spanningsveld tussen politiek en administratie’.
Stedelijk ambtenaar voor ruimtelijke ordening staat intussen op de officiële lijst van knelpuntenberoepen.
In het verleden leverde de provinciale diensten Ruimtelijke ordening van de Vlaamse overheid de bouwvergunningen. Gemeenten die aan een aantal voorwaarden voldoen (o.a. een stedenbouwkundig ambtenaar in dienst hebben, een planregister bezitten, ….) werden ontvoogd en zelf bouwvergunningen uitreiken. Al 217 van de 308 gemeentes zijn inmiddels ontvoogd.
Dat heeft ook zijn nadelen. De meeste gemeenten houden geen controle op bouwovertredingen. En wat erger is, veel gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaren staan onder druk om een bouwaanvraag of regularisatie goed te keuren.
‘In bepaalde gemeenten hebben ze ieder jaar een nieuwe ambtenaar in dienst’ zegt Johan Ackaert van de Universiteit Hasselt. ‘Ze vertrekken gefrustreerd omdat ze in botsing komen met de lokale mandataris. Het is een typisch voorbeeld van het spanningsveld tussen politiek en administratie’.
Stedelijk ambtenaar voor ruimtelijke ordening staat intussen op de officiële lijst van knelpuntenberoepen.
Laten we het regelen : De Valk
VALK legt zich niet zomaar neer bij dat ‘geregel’. Kan VALK dan de mistoestanden bijregelen? Ja, een beetje wel, dat hebben we al bewezen. Dat beetje is dan ook heel belangrijk.
In dit tijdschrift lees je over enkele VALK-acties, zoals het bezwaarschrift voor uitbreiding van een melkveebedrijf naar 1600 runderen nabij het natuurgebied De Zegge en de milieuvergunningsaanvraag van Pidpa voor een waterwinning in een moerasgebied te Balen Scheps. VALK voerde wel meer uit in 2015, zoals het aanklagen bij de Bouwinspectie van illegale weekendhuisjes in natuurgebied, een inspraaknota PRUP Sunparks en MER PRUP Sunparks, inspraaknota ‘Screening bekkenbeheersplan Grote Nete’ enzovoorts.
Lidgeld al betaald voor 2016? - 10 euro: Ibannr BE 91 0010 2827 5576
vzw VALK De Rooy 132 - 2400 Mol
Michel Van Buggenhout
In dit tijdschrift lees je over enkele VALK-acties, zoals het bezwaarschrift voor uitbreiding van een melkveebedrijf naar 1600 runderen nabij het natuurgebied De Zegge en de milieuvergunningsaanvraag van Pidpa voor een waterwinning in een moerasgebied te Balen Scheps. VALK voerde wel meer uit in 2015, zoals het aanklagen bij de Bouwinspectie van illegale weekendhuisjes in natuurgebied, een inspraaknota PRUP Sunparks en MER PRUP Sunparks, inspraaknota ‘Screening bekkenbeheersplan Grote Nete’ enzovoorts.
Lidgeld al betaald voor 2016? - 10 euro: Ibannr BE 91 0010 2827 5576
vzw VALK De Rooy 132 - 2400 Mol
Michel Van Buggenhout