Woord vooraf : De wolf
De wolf, ooit het wijdst verspreide zoogdier ter wereld.
Onlangs: meest bedreigde zoogdier in een groot deel van de wereld.
Nu: een succesverhaal van natuurbescherming in Europa.
In 2001 was het septembernummer van Kempisch Leefmilieu een themanummer over de wolf. Op wereldvlak was een voorzichtige opmars van de wolf in de natuur ingezet. In Amerika werden herintroducties van wolven in grote nationale parken zoals Yellowstone en Rocky Mountains succesvol afgerond. In Europa was er een voorzichtige toename van wolven vanuit Oost-Europa richting het westen.
We zijn nu 15 jaar later. Een 1000ste van een fractie van een oogknip in de evolutie. En toch.
De wolf staat bijna aan onze deur. Hij is thuis bij de buren. Hij komt ‘s nachts. Je ziet hem niet. Hij duikt onverwacht op, nu eens hier, dan daar. In het verborgene brengt hij zijn jongen groot. Bij nacht en ontij jaagt hij, en het lukt hem wonderwel. Klinkt dat griezelig? Nee, het klinkt super.
Nu 2016 word de wereldwolvenpopulatie geschat op 200 000 dieren, de Europese populatie bestaat uit een 11 500 stuks. De natuur gaat nog steeds achteruit, wereldwijd, maar de wolf is een succesverhaal. Het bewijs dat de combinatie van een dichtbevolkte welvaartsstaat en hoogtechnologische samenleving kan samengaan met natuurontwikkeling.
De wolf is een toppredator bij uitstek, nog meer dan de beer die een alleseter is. Een uitgestrekt natuurgebied waar een stabiele wolvenpopulatie met voldoende genetische diversiteit kan overleven, is een gezond natuurgebied. Dat maakt de wolf tot het symbool van geslaagde natuurbescherming.
Welke boodschap kunnen we halen uit de grote sprong voorwaarts van de wolven in onze buurlanden? Verbindt onze natuurgebieden. Ze zijn klein, maar brei al die kleine schakels aaneen tot een keten. Onze welvaartsstaat hoeft er niet bij in te leveren, ze wordt er alleen maar beter door.
In deze Kempische Leefmilieu: wat is er op wolvenvlak veranderd sinds 2001?
Michel van Buggenhout
Onlangs: meest bedreigde zoogdier in een groot deel van de wereld.
Nu: een succesverhaal van natuurbescherming in Europa.
In 2001 was het septembernummer van Kempisch Leefmilieu een themanummer over de wolf. Op wereldvlak was een voorzichtige opmars van de wolf in de natuur ingezet. In Amerika werden herintroducties van wolven in grote nationale parken zoals Yellowstone en Rocky Mountains succesvol afgerond. In Europa was er een voorzichtige toename van wolven vanuit Oost-Europa richting het westen.
We zijn nu 15 jaar later. Een 1000ste van een fractie van een oogknip in de evolutie. En toch.
De wolf staat bijna aan onze deur. Hij is thuis bij de buren. Hij komt ‘s nachts. Je ziet hem niet. Hij duikt onverwacht op, nu eens hier, dan daar. In het verborgene brengt hij zijn jongen groot. Bij nacht en ontij jaagt hij, en het lukt hem wonderwel. Klinkt dat griezelig? Nee, het klinkt super.
Nu 2016 word de wereldwolvenpopulatie geschat op 200 000 dieren, de Europese populatie bestaat uit een 11 500 stuks. De natuur gaat nog steeds achteruit, wereldwijd, maar de wolf is een succesverhaal. Het bewijs dat de combinatie van een dichtbevolkte welvaartsstaat en hoogtechnologische samenleving kan samengaan met natuurontwikkeling.
De wolf is een toppredator bij uitstek, nog meer dan de beer die een alleseter is. Een uitgestrekt natuurgebied waar een stabiele wolvenpopulatie met voldoende genetische diversiteit kan overleven, is een gezond natuurgebied. Dat maakt de wolf tot het symbool van geslaagde natuurbescherming.
Welke boodschap kunnen we halen uit de grote sprong voorwaarts van de wolven in onze buurlanden? Verbindt onze natuurgebieden. Ze zijn klein, maar brei al die kleine schakels aaneen tot een keten. Onze welvaartsstaat hoeft er niet bij in te leveren, ze wordt er alleen maar beter door.
In deze Kempische Leefmilieu: wat is er op wolvenvlak veranderd sinds 2001?
Michel van Buggenhout