“Pas op, ik heb niks tegen de herfst” zegt Hugo Van Den Bremt, bewoner van de Louis Callebouttraat in Nieuwerkerken. Maar hij heeft wel iets tegen de vallende bladeren van de esdoorns in zijn straat, en wil dat de gemeente de bomen komt afzagen. Zie ook ‘Nieuws allerlei’ in dit tijdschrift.
De Nederlandse hoogleraar milieukunde en duurzaamheid Klaas Van Egmond gelooft niet in een klimaatbeleid waarvan de bakens mee uitgezet worden door het bedrijfsleven. In de Volkskrant van 13 september 2018: “Je laat de kalkoen toch ook niet meebeslissen over het kerstdiner?”
Nederlands eerste Watergezant Henk Ovink, in Focus-Online van oktober 2018, over voorkomen van waterrampen: “Preventie is goedkoper dan brandjes blussen, maar met onze huidige preventie zal het ons niet lukken om de vele klimaatrampen te voorkomen. Doorgaans zijn we niet snel genoeg. Een ramp is als een röntgenfoto, ze legt de kwetsbare plekken bloot, van infrastructuur maar ook van de samenleving”.
Marjan Minesma, drijven de kracht achter de klimaatzaak Urgenda tegen de Nederlandse regering (ook in beroep gewonnen, zie elders dit tijdschrift), in De Standaard van 13 oktober 2018: “We moeten echt beseffen dat bij een opwarming van 2 graden delen van Afrika totaal ongeschikt worden voor landbouw. Landbouw is er nu al niet evident, maar het lukt nog net. Bij 2 graden raken waarschijnlijk 200 miljoen mensen op drift. Willen we dat? Europa is al helemaal van streek als het 1 miljoen Syriërs moet opvangen”.
Vlaams bouwmeester Leo Van Broeck, in De bouwbeurskrant van september 2018: “Het is natuurlijk nogal gemakkelijk om op Vlaams niveau een betonstop af te kondigen, maar gemeentebesturen zijn autonoom en mogen nog altijd kiezen. De gemeenten mogen nog verdunnen in plaats van verdichten. Dat is te gek om los te lopen en een paradoxaal beleid. Het is niet verstandig dat men gemeenten nog nieuwe verkavelingen laat bouwen in een buitengebied met lage bevolkingsdichtheid”.
En Vlaams bouwmeester Leo Van Broeck, in De Standaard van 15 november 2018: “We wonen in een ruimtelijk misverstand. We hebben het platteland vermoord. Vlaanderen bestaat voor 6,4 procent uit natuur. Terwijl het ecosysteem van de planeet 50 procent natuur vergt”.
De Nederlandse schrijver Frank Westerman, in De Standaard van 12 oktober 2018: “We zijn de enige soort die in staat is om het aardse leven naar de mallemoer te helpen. Zet de Homo sapiens apart: om hem in de hand te houden, te temmen, zo dat ie geen stomme dingen gaat doen. Onze soort heeft de plasticzee op de oceaan gecreëerd. We zijn ook de enigen die het weer kunnen opruimen. Ik ben een onverbeterlijke optimist.”
Eliud Kipchoge, Keniaan die op 16 september het wereldrecord marathonlopen verbeterde, in De Standaard van 17 september 2018: “Het beste moment om een boom te planten was 25 jaar gelden. Het op een na beste moment is vandaag”.
Filosoof Thierry Baudet, erg populair in jagerskringen, in De Standaard van 6 oktober 2018: “Jagen maakt nederig. Door een organische band te beleven met de natuur, keert de jager terug naar zijn diepste zelf”.
Tatiana Santos van het European Environmental Bureau, koepelorganisatie van milieugroepen, over de Europese REACH-wet (Europese wet op chemicaliën in producten), 18 oktober 2018: “We hebben jaren gezwoegd om één van de beste wetten ter wereld uit te werken, maar we hebben het slechtste toezicht ter wereld. Er is een groeiend probleem met chemische stoffen die kanker en andere aandoeningen veroorzaken. De industrie overtreedt de regels en de waakhonden laten het gebeuren”.
Chris Stinger, onderzoeker over de oorsprong van de mens, als hoogleraar verbonden aan het Naturaly History Museum in Londen, in zijn boek ‘Overlevers, Hoe het komt dat wij de enige mensachtigen op aarde zijn’: “De evolutionaire scheidingslijn tussen succes en mislukking is soms smal; momenteel leven we, geconfronteerd met een overbevolkte planeet en mondiale klimaatveranderingen, zeker op het scherpst van de snede. Het zijn uitdagingen van ongekende proporties: laten we hopen dat onze soort ze aankan”.
George Monbiot, ecoschrijver uit Engeland, in De Standaard van 3 november 2018: “De meest ingrijpende maatregel die we kunnen nemen om het milieu te beschermen, is de reductie van het gebied dat landbouw en visserij mogen gebruiken. Die stap betekent bovenal dat we moeten overstappen naar een dieet dat gebaseerd is op planten. Een onderzoek uit Science wijst uit dat de globale nood aan landbouwgrond met 76 procent zou dalen als we een einde maakten aan de consumptie van dierlijke producten”.
Kris Peeters, mobiliteitsexpert en lector Verkeerskunde, in De Standaard van 27 november 2018: “De laatste vijftig jaar heeft de auto als een koekoek alle alternatieven uit het nest geduwd. En door de functies en dus de bestemmingen verder uit elkaar te drijven, heeft hij daarbovenop z’n eigen noodzaak gecreëerd. Wie geen auto bezit, geraakt bijna nergens nog”.
Kris Peeters, mobiliteitsexpert en lector Verkeerskunde, in De Standaard van 27 november 2018: “Jaarlijks hebben we 3 tot 4 miljard euro aan overheidsinkomsten veil voor salariswagens. Dat is een onderschatting, want we betalen twee keer: elke werknemer die in een salariswagen rijdt, is een potentiële klant voor het openbare vervoer minder”.
Jacques Vandermeiren, CEO Antwerpse haven, in De Standaard van 29 november 2018: “Klimaatneutraliteit wordt een zware klus voor een land met een hoge bevolkingsdichtheid, veel industrie en hopeloos versnipperde bevoegdheden”.
Vlaams bouwmeester Leo Van Broeck, in De standaard van 14 december 2018: “Landbouw is economisch dood en goed voor een procent van ons binnenlands product, maar het palmt wel de helft van ons grondgebied in. ….. We moeten ophouden met tonnen varkensvlees en diepvriesfrieten naar Vietnam uit te voeren en onze koeien voer te geven dat geteeld is op de kap van tropische bossen in zuid Amerika. Die wereldwijde voedselhandel, al dat rondzeulen met vliegtuigen en containerschapen, moet eruit”.
Ive Marx, hoogleraar sociaaleconomische wetenschappen UAntwerpen, in De Standaard van 18 december 2018: “Als we echt iets willen doen aan het klimaat, dan moet fossiele brandstof duurder worden. Zo simpel is het. Daarover is werkelijk iedereen het eens. William Nordhaus, pionier van de klimaateconomie, zei het vorige week nog eens toen hij de Nobelprijs voor de economie mocht ontvangen. Autorijden, vliegen, verwarmen, het moet allemaal duurder worden. Maar werkelijk veel duurder”.
Oude uitspraken
Jim Brandenburg, natuurfotograaf, in zijn boek ‘Broeder Wolf’ van 1993: “Wolven maken een gebied levendig en af, want zonder wolven wordt het landschap vooral platteland: getemd land dat wellicht zijn schoonheid heeft behouden, maar zijn vitaliteit verloren. Zonder wolven en hun wildheid ontbeert het land de echte spanning van het leven”.
Alexander Humboldt, Duitse ontdekkingsreiziger en wetenschapper, in 1814 over zijn beschrijving van de wondermooie natuur langs de Zuid-Amerikaanse Orinoco-rivier: “Wat onze ziel raakt, kan niet gemeten worden”.
Henry David Thoreau, Amerikaans schrijver en natuurbeschermer, schreef in 1859 in zijn dagboek: “Iedere stad dient een voor eeuwig onvervreemdbaar bos te hebben van enkele honderden hectaren.”
George Perkins Marsh, 19de eeuwse Amerikaanse wereldreiziger en wetenschapper, over de invloed van de mens op de natuur, 1864: “Als er niets veranderde, zou de bodem zozeer geruïneerd worden en zou het klimaat zo buitensporig worden dat er mogelijk zelfs uitsterving van de menselijke soort dreigde. ….. In Europa was het landschap bijna even desolaat als dat op de maan geworden.”
Presbyter Johannes, in een brief aan Rome en Constantinopel, 12de eeuw: “Ik, Presbyter Johannes, ben de heerser der heersenden, en ik overtref alle koningen in de hele wereld in rijkdom, deugd en macht …. Melk en honing vloeien vrijelijk in onze landen; gif kan er geen kwaad doen en er zijn geen luidruchtig kwakende kikkers.”
Pieter van den Broecke, Antwerpenaar die in Amsterdam woonde en in opdracht van een handels compagnie (die later de Oost-Indische Compagnie zou worden) in 1608 Kongo verkent op zoek naar ivoor en koper, beschrijft in zijn reisverslagen een raar soort mensen: “Omtrent de rivier Kakongo houden zich een zeker slag mensen op, bij de Portugezen genaamd ‘Salvagis’ (bosmensen); zij zijn heel wild, kunnen niet spreken, lopen naakt en zijn heel ruig met over hun hele lichaam haar; achter boven de kloof van hun aars staat een staartje, een duim groot”. (Pieter van den Broecke was de eerste Europeaan die gorilla’s beschreef.)