VALK en de kippen- en varkensstallen
Laatste jaren stijgt het aantal nieuwe kippen en varkensstallen : Een inkrimping van de veestapel nog veraf!
Vlaanderen levert de laatste jaren weer vlotjes nieuwe vergunningen af voor de uitbreiding van de veestapel. Het aantal varkens en kippen stijgt terug, na enkele jaren van stagnatie en lichte terugval. Er worden ook massaal veel dieren geslacht, vnl. in Vlaanderen: maandelijks worden bijna één miljoen varkens, meer dan 25 miljoen kippen en 70.000 runderen geslacht. Inclusief schapen, geiten, paarden, kalkoenen, eenden en ander gevogelte komt het totaal op ongeveer 27 miljoen geslachte dieren per maand (cijfers van VILT).
Waar vroeger de beperkingen opgelegd door de hoeveelheid mest, die min of meer verantwoord, kon worden afgezet in de omgeving nog een rem vormde op de verdere groei van de veestapel, is sinds het MAP werd aangepast aan de mogelijkheden van mestverwerking en mestexport, er geen echte rem meer op de uitbreiding van de veestapel … tenzij nieuwe stallen in de directe omgeving liggen van zgn. speciale beschermingszones (SBZ) met een Europees statuut. De “gewone” VEN-gebieden horen daar NIET bij volgens de Vlaamse regering. Maar zelfs dat stilt de honger naar meer vee en vlees niet: gidsland Nederland geeft hierin de toon aan voor Vlaanderen: de invoering van de PAS! De Vlaamse regering wil via de PAS (Programmatische Aanpak Stikstof) het toch mogelijk blijven maken om nieuwe vergunningen voor stallen af te leveren; niettegenstaande zij erkent dat er een te hoge uitstoot is van stikstof en ammoniak.
Aan de basis van de PAS (meer hierover in dit tijdschrift) ligt de volgende redenering: Als op basis van onderzoek met zekerheid kan worden vastgesteld dat een extra daling in emissies in de toekomst gerealiseerd zal worden, mag de Vlaamse Overheid nu al activiteiten die stikstof uitstoten vergunnen binnen bepaalde voorwaarden. Om te voorkomen dat in tussentijd – zolang de depositiewaarden nog te hoog zijn - de natuur toch verslechtert, zullen herstelmaatregelen worden uitgevoerd om de natuur weerbaarder te maken tegen stikstofdeposities. Lees: herstelmaatregelen door o.m. afgraven van bepaalde natuurgebieden … Het is als geld uitgeven dat nog niet verdiend is, niettegenstaande dit dé kans zou zijn om de veestapel eindelijk beginnen af te bouwen, wat uiteindelijk toch onvermijdbaar is.
Ondertussen doet de vergunningverlenende overheid (in casu de provincie Antwerpen) gretig haar best om veel en vlotjes vergunningen af te leveren voor nieuwe stallen: zo blijkt dat ca. 30% van alle vergunningsaanvragen in 2015 te maken hebben met de veeteelt. Van alle vergunninsaanvragen wordt ca. 90% (2015) effectief vergund. Ook al zijn een groot aantal aanvragen best complex en werd een MER opgesteld, toch lukt het de Provinciale Milieuvergunningscommissie om binnen de 4 maanden al 81% te vergunnen.
JDS
Vlaanderen levert de laatste jaren weer vlotjes nieuwe vergunningen af voor de uitbreiding van de veestapel. Het aantal varkens en kippen stijgt terug, na enkele jaren van stagnatie en lichte terugval. Er worden ook massaal veel dieren geslacht, vnl. in Vlaanderen: maandelijks worden bijna één miljoen varkens, meer dan 25 miljoen kippen en 70.000 runderen geslacht. Inclusief schapen, geiten, paarden, kalkoenen, eenden en ander gevogelte komt het totaal op ongeveer 27 miljoen geslachte dieren per maand (cijfers van VILT).
Waar vroeger de beperkingen opgelegd door de hoeveelheid mest, die min of meer verantwoord, kon worden afgezet in de omgeving nog een rem vormde op de verdere groei van de veestapel, is sinds het MAP werd aangepast aan de mogelijkheden van mestverwerking en mestexport, er geen echte rem meer op de uitbreiding van de veestapel … tenzij nieuwe stallen in de directe omgeving liggen van zgn. speciale beschermingszones (SBZ) met een Europees statuut. De “gewone” VEN-gebieden horen daar NIET bij volgens de Vlaamse regering. Maar zelfs dat stilt de honger naar meer vee en vlees niet: gidsland Nederland geeft hierin de toon aan voor Vlaanderen: de invoering van de PAS! De Vlaamse regering wil via de PAS (Programmatische Aanpak Stikstof) het toch mogelijk blijven maken om nieuwe vergunningen voor stallen af te leveren; niettegenstaande zij erkent dat er een te hoge uitstoot is van stikstof en ammoniak.
Aan de basis van de PAS (meer hierover in dit tijdschrift) ligt de volgende redenering: Als op basis van onderzoek met zekerheid kan worden vastgesteld dat een extra daling in emissies in de toekomst gerealiseerd zal worden, mag de Vlaamse Overheid nu al activiteiten die stikstof uitstoten vergunnen binnen bepaalde voorwaarden. Om te voorkomen dat in tussentijd – zolang de depositiewaarden nog te hoog zijn - de natuur toch verslechtert, zullen herstelmaatregelen worden uitgevoerd om de natuur weerbaarder te maken tegen stikstofdeposities. Lees: herstelmaatregelen door o.m. afgraven van bepaalde natuurgebieden … Het is als geld uitgeven dat nog niet verdiend is, niettegenstaande dit dé kans zou zijn om de veestapel eindelijk beginnen af te bouwen, wat uiteindelijk toch onvermijdbaar is.
Ondertussen doet de vergunningverlenende overheid (in casu de provincie Antwerpen) gretig haar best om veel en vlotjes vergunningen af te leveren voor nieuwe stallen: zo blijkt dat ca. 30% van alle vergunningsaanvragen in 2015 te maken hebben met de veeteelt. Van alle vergunninsaanvragen wordt ca. 90% (2015) effectief vergund. Ook al zijn een groot aantal aanvragen best complex en werd een MER opgesteld, toch lukt het de Provinciale Milieuvergunningscommissie om binnen de 4 maanden al 81% te vergunnen.
JDS