Wat is natuur waard
Wat is natuur waard? In onze maatschappij telt alleen dat waar je een bedrag kan opplakken. In het leven zijn het net de mooiste dingen die je niet in een geldwaarde kan uitdrukken. Maar wetenschappers weten ons toch nog vaak te verassen. Natuur is heel goed in geld uit te drukken, als je er de juiste techniek voor ontwikkeld
Bossen zorgen voor besparing gezondheidskosten
Het INBO (Instituut voor Natuur en BosOnderzoek) onderzocht het effect van bossen op het wegvangen van fijn stof uit de lucht. Een zestig procent van de ziektes door milieuvervuiling heeft met fijn stof te maken.
Miliue-economen van de VITO (Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek) berekenden dat elke kilogram afgevangen fijn stof zorgde voor een besparing van 57 euro in de gezondheidszorg. Met die cijfers toog het INBO aan de slag.
In het Structuurplan Vlaanderen van 1990 werd een bosuitbreiding met 10.000 ha in Vlaanderen als doelstelling opgenomen. Nu, 26 jaar later, werd die doelstelling langs geen kanten gehaald. Er komt wel af en toe bos bij, maar elders verdwijnt er meer bos dan er wordt aangeplant.
10.000 ha extra bos zou, volgens berekening van het INBO, jaarlijks tussen de 360.000 en 450.000 kilo fijn stof uit de lucht halen. Dat vertegenwoordigd een vermeden gezondheidsschade van 20 à 23 miljoen euro per jaar. De economische waarde van die vermeden gezondheidsschade is daardoor zelfs hoger dan de waarde van de gederfde landbouwinkomsten.
De jaarlijkse besparingen op de gezondheidszorg zijn in werkelijkheid hoger, want in deze studie werd alleen het effect op het wegvangen van het schadelijke fijn stof in rekening gebracht. Het wegvangen van ultra-fijnstof, met deeltjes kleiner dan 2,5 micrometer, welk nog schadelijker is, werd niet berekend. Evenals de talrijke andere positieve effecten van de aanwezigheid van bossen op de gezondheid van de mens.
Het INBO (Instituut voor Natuur en BosOnderzoek) onderzocht het effect van bossen op het wegvangen van fijn stof uit de lucht. Een zestig procent van de ziektes door milieuvervuiling heeft met fijn stof te maken.
Miliue-economen van de VITO (Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek) berekenden dat elke kilogram afgevangen fijn stof zorgde voor een besparing van 57 euro in de gezondheidszorg. Met die cijfers toog het INBO aan de slag.
In het Structuurplan Vlaanderen van 1990 werd een bosuitbreiding met 10.000 ha in Vlaanderen als doelstelling opgenomen. Nu, 26 jaar later, werd die doelstelling langs geen kanten gehaald. Er komt wel af en toe bos bij, maar elders verdwijnt er meer bos dan er wordt aangeplant.
10.000 ha extra bos zou, volgens berekening van het INBO, jaarlijks tussen de 360.000 en 450.000 kilo fijn stof uit de lucht halen. Dat vertegenwoordigd een vermeden gezondheidsschade van 20 à 23 miljoen euro per jaar. De economische waarde van die vermeden gezondheidsschade is daardoor zelfs hoger dan de waarde van de gederfde landbouwinkomsten.
De jaarlijkse besparingen op de gezondheidszorg zijn in werkelijkheid hoger, want in deze studie werd alleen het effect op het wegvangen van het schadelijke fijn stof in rekening gebracht. Het wegvangen van ultra-fijnstof, met deeltjes kleiner dan 2,5 micrometer, welk nog schadelijker is, werd niet berekend. Evenals de talrijke andere positieve effecten van de aanwezigheid van bossen op de gezondheid van de mens.
Tasmaanse tijger goud waard
Dit Australisch roofdier dat wat op een hond lijkt werd zo genoemd omwille van de strepen op zijn rug. Van tijgerformaat was het dier helemaal niet. Helaas hielp zijn kleinere gestalte het dier niet om uit het zicht van de mens te blijven.
Het buideldier bevolkte het Australische vasteland, Papoea Nieuw Guinea en het Australische eiland Tasmanië.
De komst van de Europeanen begin 19de eeuw betekende de doodsteek voor deze soort. Het carnivore buideldier kon niet van de geïmporteerde schapen afblijven en werd hem fataal. Het dier werd uitgeroeid, Tasmanië was de regio waar het dier het langst kon standhouden. Het laatste bekende exemplaar werd in 1933 gevangen en stierf in september 1936 in de zoo van Hobart door verwaarlozing.
Op 10 juli 1936 werd de buidelwolf, zoals het dier ook genoemd werd, wettelijk beschermd. Helaas te laat. In het wild werden er geen meer waargenomen en in 1986 werd het officieel uitgestorven verklaard.
Er bleven geruchten rondgaan van Tasmaanse tijgers die door woudlopers werden gezien. In 2016 loofde het Australische magazine The Bulletin een beloning uit van 1,25 miljoen Australische dollars (900.000 euro) voor wie een levende Tasmaanse tijger kon vangen. In geen tijd werd het magazine overspoeld met aanvragen voor gesponserde zoektochten. De tijgerkoorts leverde niets op.
De James Cook University wil nu een nieuwe zoektocht beginnen. Met de hulp van vijftig cameravallen die opgesteld worden in de wildernis van het Kaap York-schiereiland in de noordelijke uithoek van de staat Queensland.
Hoofdonderzoeker Bill Laurence relativeert: ‘De kans is klein dat we ze vinden. Maar we maken van de gelegenheid gebruik om het weinig gekende stuk natuur hier te onderzoeken. De cameravallen zullen tenslotte ook andere dieren spotten.’
Dit Australisch roofdier dat wat op een hond lijkt werd zo genoemd omwille van de strepen op zijn rug. Van tijgerformaat was het dier helemaal niet. Helaas hielp zijn kleinere gestalte het dier niet om uit het zicht van de mens te blijven.
Het buideldier bevolkte het Australische vasteland, Papoea Nieuw Guinea en het Australische eiland Tasmanië.
De komst van de Europeanen begin 19de eeuw betekende de doodsteek voor deze soort. Het carnivore buideldier kon niet van de geïmporteerde schapen afblijven en werd hem fataal. Het dier werd uitgeroeid, Tasmanië was de regio waar het dier het langst kon standhouden. Het laatste bekende exemplaar werd in 1933 gevangen en stierf in september 1936 in de zoo van Hobart door verwaarlozing.
Op 10 juli 1936 werd de buidelwolf, zoals het dier ook genoemd werd, wettelijk beschermd. Helaas te laat. In het wild werden er geen meer waargenomen en in 1986 werd het officieel uitgestorven verklaard.
Er bleven geruchten rondgaan van Tasmaanse tijgers die door woudlopers werden gezien. In 2016 loofde het Australische magazine The Bulletin een beloning uit van 1,25 miljoen Australische dollars (900.000 euro) voor wie een levende Tasmaanse tijger kon vangen. In geen tijd werd het magazine overspoeld met aanvragen voor gesponserde zoektochten. De tijgerkoorts leverde niets op.
De James Cook University wil nu een nieuwe zoektocht beginnen. Met de hulp van vijftig cameravallen die opgesteld worden in de wildernis van het Kaap York-schiereiland in de noordelijke uithoek van de staat Queensland.
Hoofdonderzoeker Bill Laurence relativeert: ‘De kans is klein dat we ze vinden. Maar we maken van de gelegenheid gebruik om het weinig gekende stuk natuur hier te onderzoeken. De cameravallen zullen tenslotte ook andere dieren spotten.’
Neushoorn-hoorn meer dan goud waard
De waarde van de hoorn van een neushoorn blijft stijgen en is inmiddels zijn gewicht meer dan goud waard. Eindgebruikers betalen tussen de 60 en 100.000 dollar per kilo. China en Vietnam zijn de belangrijkste afnemers, en door welvaartsgroei in die landen neemt de vraag toe.
In Zuidelijk Afrika leeft 80% van de Afrikaanse neushoorns, en er wordt duchtig gestroopt op het ‘wandeland goud’. Elke dag sterven er 3 neushoorns.In het Krugerpark in Zuid-Afrika doodden stropers in 2016 een 662 neushoorns. Dat is, dank zij toenemende bewaking, een fikse verbetering, in 2015 werden 826 verminkte karkassen gevonden.
Parkbeheerders proberen hun bewakingstechnieken te verbeteren. Eén van de beloftvolle initiatieven is het inzetten van drones met camera’s die ‘verdachte bewegingen’ detecteren. Dat kunnen stropers zijn, maar de software waarmee de camera’s uitgerust worden, kan nog meer.
Aan de hand van vluchtgedrag van de talrijke hoefdieren op de savanne, zoals impala’s, gnoes en zebra’s, kan worden voorspeld waar stropers actief zijn.
Er is een verschil in vluchtgedrag al naargelang het gevaar. Leeuwen jagen vanuit een hinderlaag, wilde honden moeten het hebben van een lange achtervolging. Predatoren veroorzaken een ander vluchtgedrag dan stropers die op zoek zijn naar een prooi en niet weten waar die zich ophoudt. Die lopen meestal in een rechte lijn waardoor de verstoorde dieren langzaam als in een golf meebeweegt.
Dat zou zelfs vanuit satellieten kunnen gevolgd worden, is het idee. Satellieten kunnen aan de hand van de warmtestralen van de vluchtende kuddes het vluchtgedrag registreren en software kan dan analyseren wat de vermoedelijke oorzaak is. Daarop kan een patrouille parkwachters uitgestuurd worden. Astronomen , biologen en parkbeheerders werken het project uit.
Waarde van plantenbestuivers
Onderzoek van de universiteit van Mons en Gembloux wees uit dat de toegevoegde waarde van bestuivers in ons land jaarlijks 251,6 miljoen euro bedraagt. Dit komt neer op 11,1% van de totale Belgische landbouwproductie. De bestuiving is niet voor elke provincie even belangrijk. Graanvelden bijvoorbeeld zijn windbestuivers en kunnen zonder insecten. Maar de provincie Limburg, met zijn fruitteelt, kan niet zonder: de economische waarde van bloembezoekende insecten als bestuivers werd op 108 miljoen euro berekend.
Wereldwijd is 75% van de gecultiveerde plantensoorten in mindere of meerdere mate afhankelijk van bestuivers voor vruchten of zaadproductie. Het onderzoek wijst ook op enkele pistes om insecten te helpen, zoals de aanleg van bloemenweides en het natuurvriendelijker maken van de gangbare landbouwmethodes. De berekende cijfers maken duidelijk dat zeker ook de landbouwsector daarbij te winnen heeft.
Wat is de waarde van natuur? (INBO-nieuwsbrief 2/3/017)
Er is vaak discussie over wat nu de waarde van natuur is, met argumenten als “deze waarde mag je niet in geld uitdrukken” tot “om impact te hebben moet je de taal van het geld spreken”. Recent onderzoek van het INBO biedt een uitweg.
De natuur heeft vele waarden tegelijk: economisch, ecologisch, sociaal,... Welke waarden gebruikt worden in discussies, hangt af van wie ze beoordeelt en welke methodes worden gebruikt. Bij een beoordeling spelen vaak uiteenlopende overwegingen mee: tewerkstelling, winst, erfgoed, cultuur, sociale rechtvaardigheid, gezondheid, ecologische impact enz. Alleen gebeurt dit zelden expliciet en transparant. Ook meet men waarden vaak met ongeschikte methodes: erfgoedwaarde uitdrukken in euro’s is bijvoorbeeld net zo absurd als economische winst tellen in aantallen vogels.
Meervoudige waardering kan hier uitkomst bieden. Een voorbeeld illustreert hoe dit in de praktijk werkt. Voor de inrichting van de Maarkebeekvallei beschreven en rangschikten lokale belanghebbenden in twee workshops eerst een diverse set ‘waarden’ zoals de verbindingsfunctie, zeldzame habitats, veilig inkomen voor landbouwers, wonen in de vallei, enz. Ontwerpbureaus ‘Fris In Het Landschap’ en ‘Cluster’ organiseerden daarop in opdracht van de Provincie Oost-Vlaanderen ontwerpateliers per deelgebied. Deze plannen werden daarna terug getoetst door de belanghebbenden: "Welke van ‘onze’ waarden stijgen/dalen in de rangschikking, voor wie zijn de baten/kosten van dit scenario?"
Op die manier worden zowel economische, ecologische als sociale waarden transparant meegenomen in een plan of beslissing Op basis van de toets in de Maarkebeek kunnen de ontwerpen nu worden bijgestuurd en kunnen de uiteindelijke inrichtingsplannen leiden tot een multifunctioneel landschap. Uit de diverse studies die op het INBO en elders lopen, blijkt dat sectoren of belanghebbenden die in principe concurreren om de open ruimte, uiteindelijk dichter bij elkaar blijken te staan dan men zou vermoeden. Bij een goed uitgevoerde meervoudige waardering gaat het dus niet enkel om het ‘waarderen’ op zich, maar kan de methode tegelijk draagvlak en consensus bevorderen.
Het wetenschappelijk onderzoek naar meervoudige waardering door het INBO reikt methodes aan die meervoudige waarden onderbouwd kunnen integreren in beslissingen. En dit kan op een transparante, rechtvaardige en ook vrij eenvoudige wijze. Want hoe elegant ook, beslissingen op basis van enkel een zeldzame soort of een mooi euro-cijfer zijn zelden duurzaam of realistisch.
Sander Jacobs
Meer lezen? zie special issue in het tijdschrift ‘Ecosystem services’
De waarde van de hoorn van een neushoorn blijft stijgen en is inmiddels zijn gewicht meer dan goud waard. Eindgebruikers betalen tussen de 60 en 100.000 dollar per kilo. China en Vietnam zijn de belangrijkste afnemers, en door welvaartsgroei in die landen neemt de vraag toe.
In Zuidelijk Afrika leeft 80% van de Afrikaanse neushoorns, en er wordt duchtig gestroopt op het ‘wandeland goud’. Elke dag sterven er 3 neushoorns.In het Krugerpark in Zuid-Afrika doodden stropers in 2016 een 662 neushoorns. Dat is, dank zij toenemende bewaking, een fikse verbetering, in 2015 werden 826 verminkte karkassen gevonden.
Parkbeheerders proberen hun bewakingstechnieken te verbeteren. Eén van de beloftvolle initiatieven is het inzetten van drones met camera’s die ‘verdachte bewegingen’ detecteren. Dat kunnen stropers zijn, maar de software waarmee de camera’s uitgerust worden, kan nog meer.
Aan de hand van vluchtgedrag van de talrijke hoefdieren op de savanne, zoals impala’s, gnoes en zebra’s, kan worden voorspeld waar stropers actief zijn.
Er is een verschil in vluchtgedrag al naargelang het gevaar. Leeuwen jagen vanuit een hinderlaag, wilde honden moeten het hebben van een lange achtervolging. Predatoren veroorzaken een ander vluchtgedrag dan stropers die op zoek zijn naar een prooi en niet weten waar die zich ophoudt. Die lopen meestal in een rechte lijn waardoor de verstoorde dieren langzaam als in een golf meebeweegt.
Dat zou zelfs vanuit satellieten kunnen gevolgd worden, is het idee. Satellieten kunnen aan de hand van de warmtestralen van de vluchtende kuddes het vluchtgedrag registreren en software kan dan analyseren wat de vermoedelijke oorzaak is. Daarop kan een patrouille parkwachters uitgestuurd worden. Astronomen , biologen en parkbeheerders werken het project uit.
Waarde van plantenbestuivers
Onderzoek van de universiteit van Mons en Gembloux wees uit dat de toegevoegde waarde van bestuivers in ons land jaarlijks 251,6 miljoen euro bedraagt. Dit komt neer op 11,1% van de totale Belgische landbouwproductie. De bestuiving is niet voor elke provincie even belangrijk. Graanvelden bijvoorbeeld zijn windbestuivers en kunnen zonder insecten. Maar de provincie Limburg, met zijn fruitteelt, kan niet zonder: de economische waarde van bloembezoekende insecten als bestuivers werd op 108 miljoen euro berekend.
Wereldwijd is 75% van de gecultiveerde plantensoorten in mindere of meerdere mate afhankelijk van bestuivers voor vruchten of zaadproductie. Het onderzoek wijst ook op enkele pistes om insecten te helpen, zoals de aanleg van bloemenweides en het natuurvriendelijker maken van de gangbare landbouwmethodes. De berekende cijfers maken duidelijk dat zeker ook de landbouwsector daarbij te winnen heeft.
Wat is de waarde van natuur? (INBO-nieuwsbrief 2/3/017)
Er is vaak discussie over wat nu de waarde van natuur is, met argumenten als “deze waarde mag je niet in geld uitdrukken” tot “om impact te hebben moet je de taal van het geld spreken”. Recent onderzoek van het INBO biedt een uitweg.
De natuur heeft vele waarden tegelijk: economisch, ecologisch, sociaal,... Welke waarden gebruikt worden in discussies, hangt af van wie ze beoordeelt en welke methodes worden gebruikt. Bij een beoordeling spelen vaak uiteenlopende overwegingen mee: tewerkstelling, winst, erfgoed, cultuur, sociale rechtvaardigheid, gezondheid, ecologische impact enz. Alleen gebeurt dit zelden expliciet en transparant. Ook meet men waarden vaak met ongeschikte methodes: erfgoedwaarde uitdrukken in euro’s is bijvoorbeeld net zo absurd als economische winst tellen in aantallen vogels.
Meervoudige waardering kan hier uitkomst bieden. Een voorbeeld illustreert hoe dit in de praktijk werkt. Voor de inrichting van de Maarkebeekvallei beschreven en rangschikten lokale belanghebbenden in twee workshops eerst een diverse set ‘waarden’ zoals de verbindingsfunctie, zeldzame habitats, veilig inkomen voor landbouwers, wonen in de vallei, enz. Ontwerpbureaus ‘Fris In Het Landschap’ en ‘Cluster’ organiseerden daarop in opdracht van de Provincie Oost-Vlaanderen ontwerpateliers per deelgebied. Deze plannen werden daarna terug getoetst door de belanghebbenden: "Welke van ‘onze’ waarden stijgen/dalen in de rangschikking, voor wie zijn de baten/kosten van dit scenario?"
Op die manier worden zowel economische, ecologische als sociale waarden transparant meegenomen in een plan of beslissing Op basis van de toets in de Maarkebeek kunnen de ontwerpen nu worden bijgestuurd en kunnen de uiteindelijke inrichtingsplannen leiden tot een multifunctioneel landschap. Uit de diverse studies die op het INBO en elders lopen, blijkt dat sectoren of belanghebbenden die in principe concurreren om de open ruimte, uiteindelijk dichter bij elkaar blijken te staan dan men zou vermoeden. Bij een goed uitgevoerde meervoudige waardering gaat het dus niet enkel om het ‘waarderen’ op zich, maar kan de methode tegelijk draagvlak en consensus bevorderen.
Het wetenschappelijk onderzoek naar meervoudige waardering door het INBO reikt methodes aan die meervoudige waarden onderbouwd kunnen integreren in beslissingen. En dit kan op een transparante, rechtvaardige en ook vrij eenvoudige wijze. Want hoe elegant ook, beslissingen op basis van enkel een zeldzame soort of een mooi euro-cijfer zijn zelden duurzaam of realistisch.
Sander Jacobs
Meer lezen? zie special issue in het tijdschrift ‘Ecosystem services’